01. Twee wonderprofeten, Elia en Elisa (1 Koningen 17:1)
Elia en Elisa (haal ze niet door elkaar) zijn profeten in het tienstammenrijk van Israël. Zij volgen elkaar op. Geen van beiden heeft een eigen Bijbelboek dat hun naam draagt, en daardoor lijkt het alsof zij niet belangrijk zijn. Maar als wij hun leven nauwkeurig bestuderen, ontdekken we hun grote betekenis, zowel voor hun eigen tijd als voor de onze.
Het Oude Testament sluit af met de profetie dat Elia weer zal komen, vóór de geduchte dag van de Heere. Volgens Jezus ging deze profetie in vervulling in het leven en de prediking van Johannes de Doper. Als dat zo was bij de eerste komst van de Messias, dan mogen wij ook voor Zijn tweede komst een soortgelijke profeet verwachten, wanneer de geschiedenis van deze wereld wordt afgesloten. We moeten dan ook zoeken naar een gemeente die in onze tijd deze boodschap van Elia verkondigt.
Het is daarom belangrijk om het leven van deze profeten, én hun wonderen, te bestuderen in het licht van de profetieën en van het evangelie.
Elia en de droogte van drie en een half jaar
“Toen zei de Tisbiet Elia, uit Tisbe in Gilead, tot Achab: ‘Zo waar de HEERE, de God van Israël leeft, in Wiens dienst ik sta, er zal deze jaren geen dauw of regen zijn, tenzij op mijn woord.’” (1 Koningen 17:1)
Deze geschiedenis speelt zich af tijdens de regering van Achab, die getrouwd was met de heidense prinses Izebel. Zij bracht de dienst aan Baäl en Astarte tot bloei in Israël. Beide afgoden waren verbonden aan vruchtbaarheidscultussen. Men geloofde dat wie aan hen offerde, gezegend werd met vruchtbare oogsten, gezond vee en regen op de juiste tijd. Wat Elia in feite zegt, is: “De God die ik dien, is Degene die regen en vruchtbaarheid geeft, Baäl en Astarte kunnen jullie niet helpen.”
Deze gebeurtenis staat dus in het teken van de grote strijd tussen de Schepper en de tegenstander met zijn aanhangers. De directe consequentie van Elia’s profetie is vervolging. Vanaf dit moment moet hij vluchten en leeft hij in de woestijn.
De beek Krith
In de Bijbel zien we vaak dat profeten met een impopulaire boodschap werden vervolgd of gedood. Ook nu is er onmiddellijk vervolging. Maar God heeft voor Elia een plaats bereid in de wildernis en verzorgt hem daar. Hij krijgt te eten, brood en vlees, dat door raven wordt gebracht, tot de beek uiteindelijk opdroogt.
De God die miljoenen mensen met manna voedde in de woestijn en water uit de rots liet stromen, zou Die geen water kunnen vinden voor één profeet?
We zien hier dat God telkens weer nieuwe oplossingen geeft voor nieuwe situaties. Hij herhaalt Zijn wonderen zelden letterlijk. In ieder wonder ligt ook een geestelijke les verborgen voor de lezer van de Bijbel, zeker als we die lezen in het licht van het evangelie. Vaak hebben deze wonderen ook een profetisch karakter en verwijzen ze naar het einde der tijden. Laten we ook zo naar deze ervaring van Elia bij de beek Krith kijken.
Twaalfhonderdzestig dagen droogte
Elia staat hier aan het begin van een droogte die 1260 dagen zou duren. Volgens de profetieën zou er een tijd komen van drieënhalf jaar, tweeënveertig maanden, of 1260 dagen waarin het Woord van God schaars zou zijn (Openbaring 11). In profetische tijdrekening staat een dag voor een jaar. Waar de tijd in het type, de dagen van Elia, letterlijk is, daar verwijst het profetisch naar de nieuwtestamentische tijd waarin de ware gemeente van Jezus 1260 jaar lang vervolgd werd door de staatskerk.
Als we terugkijken naar de beek Krith, zien we dat aan het begin van de droogte er nog water is, maar het droogt langzaam op. Zo was het ook tijdens de 1260 jaar van vervolging: de kennis van het evangelie verdween geleidelijk uit de kerk. Groepen zoals de Waldenzen leefden nog wel binnen het geheel van de kerk, maar afgezonderd, in de bergen van Italië en Frankrijk. Zo leefde ook Elia verborgen in Israël. Hij werd door God gevoed met brood en vlees, gebracht door raven.
Wat betekent dat geestelijk? Het brood is in de profetie een verwijzing naar het lichaam van Christus (“Ik ben het Brood dat uit de hemel is neergedaald”). Maar het brood wordt hier gebracht door raven, onreine dieren. Dat weinige van het evangelie dat nog gebracht werd, kwam uit de mond van een priesterklasse die het evangelie zelf nauwelijks kende of geloofde.
De betekenis van het vlees is iets moeilijker. In het Oude Testament zien we dat bij een verzoeningsoffer vaak een vredesoffer werd gebracht. Dat vlees werd dan niet verbrand op het altaar voor God, maar opgegeten door beide partijen, als teken van verzoening. Zo ook hier bij de profeet, die als beeld staat voor de ware gemeente van Christus in de tijd van de grote vervolging. God zoekt altijd verzoening met de mens, als die het maar toestaat.
De roeping om te vertrekken
Hoe lang Elia daar bij de beek heeft geleefd, weten we niet, maar er komt een moment dat het water opdroogt. Op dat moment geeft God hem het bevel om Israël te verlaten en naar het buitenland te gaan. Zo was het ook in de antitypische grote vervolging van de middeleeuwen: toen evangelieverkondiging binnen de kerk niet langer mogelijk was, scheidden de ware gelovigen zich af van de vervolgende kerk van Rome.
Wat er met Elia gebeurt in het buitenland, gaan we in een volgend deel bekijken. Ook dat zit vol met profetische inzichten.
Piet Westein