Terwijl ik sliep (geestelijke strijd)

Terwijl ik sliep

Drieënhalf jaar zijn de discipelen met Jezus opgetrokken. Nu is de tijd aangebroken dat Hij Zijn kruis op zich zal nemen. Zij hebben zojuist het paaslam gegeten, maar de diepere betekenis ervan lijkt nog niet tot hen te zijn doorgedrongen.
Na de maaltijd gaan zij naar de hof van Gethsémané. Om daar te komen, moeten zij eerst de beek Kidron oversteken. Eenmaal aangekomen wordt Jezus zeer beangst en vraagt Hij Zijn discipelen om met Hem te waken.

Terwijl Jezus in een geestelijke strijd verwikkeld is, slapen de discipelen. Tot driemaal toe gaat Hij op Zijn knieën en vraagt Zijn Vader of er misschien een andere weg is om de mensheid te redden. Uiteindelijk schikt Hij zich in het onvermijdelijke. De strijd is gestreden. Dan pas wekt Hij Zijn discipelen.

Deze geschiedenis staat in alle vier de evangeliën beschreven. Niet slechts als informatie, maar opdat ook wij ervan leren, en inzicht krijgen in de diepte van het evangelie.

 

Die andere strijd

Zo’n 1400 jaar eerder vond een soortgelijke strijd plaats. De hoofdrolspeler was Jakob. Ook hij worstelde met God, niet alleen voor zichzelf, maar ook voor zijn nageslacht. Ook hij werd een man van smarten, toen de Engel zijn heup ontwrichtte. En ook hij werd door God als overwinnaar erkend.

De naam die Jakob ontvangt, Israël, was niet alleen voor hemzelf bedoeld. Het werd de naam van zijn hele volk en van al zijn nakomelingen. Tot op de dag van vandaag draagt zowel het volk als het land deze naam.

 

De strijd in type en anti-type

De strijd van Jakob en die van Jezus vertonen opvallende parallellen.

Jakob ziet op zijn heen- en terugreis engelen die hem vergezellen. Ook rondom Jezus’ geboorte en opstanding verschijnen engelen. Jakob strijdt bij de beek Jabbok, Jezus bij de beek Kidron. Beide beken monden uit in de Jordaan, de rivier van het oordeel (Jor = komt van, Dan = oordeel). In de stroom van de heilsgeschiedenis lijken Jakob en Jezus elkaar daar te ontmoeten.

Waar ging Jakobs strijd werkelijk over? Was het een fysieke worsteling? Dat lijkt onwaarschijnlijk, een mens kan geen nacht lang met God of een engel vechten.

Deze strijd was geestelijk. God zocht Jakob op om hem tot volledige overgave te brengen. Jakob had altijd op eigen kracht vertrouwd, met een vleugje geloof. In deze worsteling streed God met hem, om hem totaal te veranderen.

Pas toen Jakob zich gewonnen gaf, schonk God hem een nieuwe naam, en werd zijn nederlaag tot overwinning gerekend. Hij kreeg drie dingen: vergeving, een nieuwe naam, en een zichtbaar teken, een ontwrichte heup, als levenslang herinnering aan zijn geestelijke mankheid.

Vanaf dat moment moest Jakob bij elke stap nadenken over zijn afhankelijkheid van God. De oude Jakob stierf symbolisch op de ene oever van de Jabbok, de nieuwe mens Israël verscheen aan de overzijde. Het was als een doop in de rivier.

Deze naam, Israël, werd toegerekend aan al zijn nakomelingen, alsof ook zij deze strijd persoonlijk gevoerd hadden. Hun gerechtigheid was hen toegerekend, niet verdiend, maar ontvangen door de overwinning van één man.

 

De strijd van Jezus

Ook Jezus streed voor Zijn volk. Jakob had twaalf zonen, Jezus had twaalf discipelen. Jakobs zonen vormden een aards volk, Jezus’ discipelen een geestelijk volk.

Beide strijden in de nacht, beide aan een beek, beide alleen met God. Jakob zond zijn gezin vooruit, de vijand tegemoet. Jezus zond Zijn discipelen als schapen onder de wolven. Maar beiden bidden voor bescherming van hun geliefden.

In beide verhalen ligt de overwinning in totale overgave aan God. Jakob vergaarde zijn bezit en vrouwen in een vreemd land. Jezus verwierf Zijn bruid, de Gemeente, ver weg van het hemelse Vaderhuis.

Jakobs kudde zat vol vlekken en spikkels. Ook Jezus’ kudde is niet volmaakt; zij moet gewassen worden in Zijn bloed.

Als de ochtend aanbreekt, geven beiden zich over. Jakob buigt zich voor Ezau, zijn broer, en noemt hem 'heer'. Jezus legt Zijn macht af en laat Zich overleveren aan de priesters en wordt gekruisigd.

 

En wij… slapen wij verder?

Deze dingen zijn voor ons opgeschreven, opdat wij zouden leren. Ook wij moeten de strijd van Jakob strijden. Niet tegen mensen, maar tegen geestelijke machten, die ongezien om ons heen zijn.

Als wij ons onderwerpen aan God, dan zijn wij, net als Jakob, meer dan overwinnaars. Jezus heeft het koningschap herwonnen. En dat koningschap wordt aan ons gegeven, om niet.

Want in Hem zijn wij meer dan overwinnaars.
Laten wij dan niet slapen, maar waken. Onze tegenstander doet dat immers ook.

 

P.S.
Bent u die beek al overgestoken?
Na die strijd – gedoopt?
Je wordt er zo heerlijk geestelijk schoon van.

Piet Westein