06. Jezus - Niet in de winter of op een Sabbath ( Mattheüs 24:19–20)

06. Jezus - Niet in de winter of op een Sabbath

Mattheüs 24:19–20

 

Urgentie van de vlucht

Wanneer JEZUS de profetie over de omsingeling en verwoesting van Jeruzalem uitspreekt, voegt Hij onmiddellijk praktisch advies toe uit zorg voor Zijn gemeente. Zodra de Romeinse legers de stad omringen, moet men klaarstaan om direct te vluchten; tijd voor inpakken of regelen is er dan niet, want de tocht naar het veilige Pella vergde dagen door de woestijn van Judea.

 

Bidt om gunstige omstandigheden

GOD toont medegevoel door te gebieden te bidden dat de vlucht niet in de koude van de winter valt en ook niet op de sabbat. Hieruit blijkt dat JEZUS ervan uitgaat dat Zijn volgelingen tot in latere generaties de sabbat houden; anders zou Hij hebben gezegd te bidden dat de vlucht niet op de zondag valt. Tegelijk leert dit dat GOD de loop der gebeurtenissen wil buigen ten goede van Zijn volk, zodat zij niet met zuigelingen door sneeuw en kou hoeven te trekken.

 

Almacht en gebed

Deze woorden openbaren de almacht van de Schepper en de kracht van oprecht gebed. Onze HEER is meer dan bereid onze smekingen te horen; Hij wordt niet moe van vragen, maar bedroefd door ongeloof. Niet Zijn arm is verzwakt, maar onze ongerechtigheden en verkeerde keuzes maken scheiding; toch nodigt Hij uit te vragen in de Naam van JEZUS, wetend dat voor Hem niets onmogelijk is.

 

Vlucht naar de bergen

Moet dit bevel letterlijk, geestelijk, of beide worden opgevat? Historisch vluchtten de gelovigen naar het bergland van Pella en werden zo gered, geleid en beschut door Een die groter is dan de keizer. Tegelijk wijst “de bergen” ons op de Rots waarop de gemeente is gegrond: niet Petrus als fundament, maar JEZUS als de Rots. Voor gelovigen in vlakke landen is emigreren geen universeel recept; de actuele oproep is geestelijk te schuilen bij de Gekruisigde tegen geestelijke machten die het geloof aanvallen.

 

Profetisch vooruitzicht

Wat Israël meemaakte bij de val van Jeruzalem is een voorafschaduwing voor de eindtijd. Ook nu omsingelt een leger van leerstellingen uit “Rome en haar dochters” de gelovigen en zet hen onder druk. Sinds het einde van de 1260 jaar is tijd gegeven om met klem te roepen: “Gaat uit van Babylon,” opdat men haar plagen niet deelt; die boodschap moet nu helder en zonder aarzelen klinken, want het net zal zich opnieuw sluiten.

 

Piet Westein

 

P.S.

Laat angst niet regeren. Degene die met ons is, is groter dan onze tegenstander. Ontvang de tekenen van de naderende wederkomst met heilige vreugde; bemoedig elkaar, hef het hoofd omhoog, want de verlossing is nabij.