05. Doop en verzoeking Mattheus. 3:13-17 en 4:1-11.

05. Doop en verzoeking  Mattheus. 3:13-17 en  4:1-11.                         

 

Jezus heeft net Zijn 30ste verjaardag gevierd. Als Hij besluit, om net als duizenden andere gelovigen, naar Zijn neef Johannes te gaan om zich te laten dopen. Johannes is al een half jaar eerder begonnen met het werk waarvoor hij was geroepen. Het volk van Israël moest worden voorbereid op de openbaarwording van de Messias.

 

Jezus reist van zijn huis in Galilea naar de woestijn van Judea langs de rivier de Jordaan, waar Johannes zijn werkgebied heeft. Als Hij daar aankomt ziet Hij de mensenmassa die zich daar verzameld heeft om naar Zijn voorloper te luisteren en zich te laten dopen. Terwijl Hij tussen al die mensen staat, hoort hij Johannes, door de Geest gedreven, roepen dat hij, Johannes, wel zijn volgelingen met water doopt, maar dat onder hen Iemand staat die na hem komt om hen te dopen met de Heilige Geest en met vuur. Ook roept hij: De wan is in zijn hand om Zijn hele dorsvloer te zuiveren van alle ongerechtigheid.

 

Het woord wan wat hier gebruikt wordt verwijst naar een soort waaier die vroeger gebruikt werd om het kaf van het koren te scheiden. Dit werd wannen genoemd. Nu wordt dit beeld in de bijbel ook overdrachtelijk gebruikt om naar het oordeel van God over de mensheid te verwijzen als Hij in de eindtijd de zondaars van Zijn kinderen scheidt. Dat wannen, gebeurde op een dorsvloer. Dat wannen volgde op het dorsen. Als er genoeg wind was hoefde men slechts het gedorste graan omhoog te werpen dan blies de wind het kaf weg en hield men het schone koren over. De bijbel gebruikt dit beeld van wat er op de letterlijke dorsvloer gebeurt om het uiteindelijke oordeel van God over deze wereld duidelijk te maken. Johannes heeft tijdens zijn werk een begin gemaakt met dat scheiden van de ware gelovigen van degenen die wel naar hem toekwamen maar geen werkelijke behoefte hadden om hun hart te veranderen.

 

GEDOOPT DOOR DE GEEST OF MET DE GEEST.

Als Jezus uiteindelijk naar Johannes komt om te worden gedoopt, weigert Johannes dat aanvankelijk. Hij roept: Maar ik ben een zondaar en moet eigenlijk door U worden gedoopt. Dit is de natuurlijk de reactie van iedere oprechte zondaar die in de omgeving van Jezus komt. Maar daar Jezus gekomen is als de tweede Adam, wil en, moet Hij een voorbeeld zijn voor ons allen, daarom is Hij ook hiér een voorbeeld voor ons, Zodat wij Hem ook hierin zouden volgen. Daar Jezus iedere stap in Zijn leven geleid werd door de Geest, werd Hij ook naar deze doop geleid zodat Hij niet alleen met water zou worden gedoopt maar ook met de Heilige Geest. Hij die door de Heilige Geest was verwekt kreeg bij Zijn doop ook de volledige uitstorting met die Geest. Die Geest wacht ons ook als wij ons daar voor open willen stellen.

 

Laten wij eens kijken wat er zoal gebeurde toen jezus die Geest kreeg zodat wij kunnen weten wat ons te wachten staat als die Geest werkzaam wordt in ons leven. Wij lezen dit in Matt. 4: 1-11.

 

VERZOEKING VAN DE NIEUWE ADAM.

Toen werd Jezus door de Geest naar de woestijn geleid om te worden verzocht door de duivel zegt Mattheus. Let op dat de eerste Adam in een weelderige tuin wordt geleid door God. De tweede Adam naar de woestijn. Aan de eerste Adam verschijnt satan als een slang, de tweede Adam ziet hem als de gevallen engel die hij ook is. De eerste Adam is wel doorvoed als hij wordt verzocht (gij moogt van alle bomen in de hof vrij eten.) De tweede Adam, Jezus, heeft net veertig dagen gevast als hij wordt verzocht om uit stenen brood te maken. Hij de Schepper God had dat ook makkelijk kunnen doen. Hij koos er voor om Zich afhankelijk op te stellen van de Vader voor alles wat Hij nodig had. (Er staat geschreven: Niet alleen van brood zal de mens leven, maar van alle woord dat uit de mond van God uitgaat.}

 

Nu neemt de tegenstander Hem mee op het hoge dak van de tempel, hij tart Hem om te bewijzen dat Hij Gods zoon is: Werp jezelf naar beneden, er staat immers geschreven: Aan de engelen zal Hij opdracht geven aangaande U, op de handen zullen zij U dragen opdat Gij Uw voet niet aan een steen stoot. De verzoeking was niet de val te overleven, maar: Bewijs nu eens dat Je God bent. Net als bij het brood maken uit stenen valt Jezus ook hier niet voor deze verleiding.

 

De derde en grootste verzoeking was misschien wel als satan Hem meeneemt op een berg en Hem alle koninkrijken van de hele wereld laat zien en dan zegt: Ik kan Jou al deze koninkrijken geven zonder dat Jij hoeft te lijden en sterven als Je mij aanbidt. Hier gaat het vooral over iets of iemand stellen en aanbidden in plaats van God. Ook hier blijft Jezus overeind. In plaats Zijn knie te buigen voor satan stuurt Hij hem weg. Hiermee laat Hij zien dat Hij boven satan staat.

 

Nóch ik nóch u zijn daar in de woestijn geweest bij de verzoekingen. Wij moeten het doen met een verslag in telegramstijl. Als wij dat uitbreiden kan het zo zijn gegaan. Jezus heeft veertig dagen gevast. Nu is het zo dat na veertig dagen vasten wij er niet erg goed uitzien. Wij zijn dan sterk vermagerd en hebben dan nog nauwelijks kracht voor een confrontatie. Als satan op dat moment aan Jezus verschijnt als een engel des lichts in al zijn schoonheid, kan hij tegen Jezus gezegd hebben: 

Ik heb gehoord dat er een engel uit de hemel is geworpen omdat hij opstandig was. Ben Jij soms degene? Zo zie je er in ieder geval wel uit. Als dat niet zo is bewijst dat dan maar door van deze stenen broden te maken. Als Jij de Zoon van God bent moet dat een kleinigheid zijn. Maar in tegenstelling tot de eerste Adam valt Jezus niet voor de verleider. Hoewel het voor Jezus veel moeilijker zal zijn geweest dan voor onze eerste vader. Zo denk ik dat de verleidingen van de eindtijd om naar satan te luisteren in plaats van Gods geboden te volgen ook wezenlijk moeilijker zullen zijn dan die onze eerste vader Adam moest weerstaan. Mijn advies is dan ook bereid u nu alvast maar voor op deze komende verzoeking. Laat uw devies ten alle tijde zijn: Er staat geschreven!

 

                 Piet Westein.

 

P.S.           Laat het woord van God vooral in uw hart geschreven staan. Wanneer wij het woord nodig hebben is er mogelijk niet meer de tijd om die teksten op te zoeken die wij dan op dat moment willen gebruiken. Nu is de tijd dat wij ons kunnen en moeten vullen met het woord. Als wij geroepen worden om te getuigen is het te laat om naar de olieverkopers [Bijbelleraren] te gaan.