12. Twee gezalfde koningen - Saul als priestermoordenaar

 

1  SAMUËL 22:6-23.

Zodra David en zijn mannen in het woud van Cheret zijn aangekomen wordt zijn aanwezigheid bekend bij zijn stamgenoten de Judeeërs. Het duurt dan ook niet lang voordat dit bericht bij koning Saul binnenkomt. De reactie van Saul is dat niemand aan zijn kant staat. Jullie houden allemaal van David, zegt hij. Jullie hebben mij zelfs niet verteld dat mijn eigen zoon Jonathan een verbond heeft gesloten met mijn vijand, die zoon van Isai.

 

DE VREEMDELING BINNEN UW POORTEN.

Terwijl Saul onder een schaduwrijke boom zit met zijn speer in zijn hand, staan zijn raadgevers om hem heen. Op de vraag van Saul waarom niemand van hen zich tegen David keert, zwijgen zij allemaal. David wordt nog steeds door de meesten van hen hoog geacht. Maar daar is onder de raadsheren van Saul ook een buitenlander, een zekere Doëg, een Edomiet. Wat die Doëg daar te zoeken had wordt niet helemaal duidelijk. Maar het is via deze Doëg dat Saul te horen krijgt dat David, toen hij vluchtte voor de waanzin van de koning, door de priester Achimelek werd geholpen. Het was deze Achimelek die David voorzag van een zwaard en voedsel. Ook raadpleegde de priester Achimelek God, voor David en de mannen die bij hem waren. Dit werd gezien door deze Doëg, die daar op dat moment was. Deze Doëg aarzelt niet om David en zijn mannen te verraden.

                                            

HOUD JE VERRE VAN MACHTHEBBERS!

Op het moment dat Saul hoort dat Achimelek zijn vijand geholpen heeft, ontbiedt hij de priester en zijn hele familie. Als Achimelek voor Saul staat beschuldigt die hem van hoogverraad en hulp aan zijn vijand. De verdediging van Achimelek is dat hij van deze vijandschap niets wist en dat hij God regelmatig voor David had geraadpleegd in het verleden. Niets helpt. Saul zal niet rusten voordat hij Achimelek heeft gedood, en met hem zijn hele familie.

 

Het vreemde in dit verhaal is toch wel dat het niet Saul zelf is die de doodstraf voltrekt. Saul probeert deze gruwelijke wandaad af te schuiven op zijn lijfwacht. Tot zijn verbijstering is er niet één van al die soldaten om hem heen die deze opdracht wil uitvoeren. Dit is geen ongevaarlijk besluit van deze gardesoldaten, dit was een halsmisdaad. De beslissing van zijn onderdanen om de hand niet aan de priesters te slaan laat zien hoe gruwelijk deze misdaad is.

 

Maar wacht, daar is toch een vrijwilliger. Het is juist deze Edomiet Doëg die naar voren stapt en aanbied om het vonnis over de onschuldige priesters van God te voltrekken. Doëg trekt zijn zwaard en houd niet op met moorden totdat alle priesters die aanwezig zijn dood op de grond liggen. Hij doodt in opdracht van deze waanzinnige koning vijfentachtig priesters en Levieten. Maar noch bij Saul noch bij Doëg is de bloeddorst gelest. Doëg trekt naar de priesterstad Nob en legt die onder de ban. De hele stad moet worden uitgemoord. Mannen, vrouwen, zuigelingen en vee niets of niemand mag in leven blijven.

 

Er is slechts één zoon van de priester Achimelek die weet te ontkomen. Zijn naam is Abjatar. Maar waar kun je heen vluchten als de koning je zoekt? Zodra hij zijn gezicht ergens laat zien zullen zij hem aan Saul uitleveren en hem doden. Het alternatief is vluchten naar de vluchtelingen die onder David rondtrekken. Als de priester Abjatar David en zijn mannen uiteindelijk vindt, zegt deze: De mannen die u zoeken, zoeken ook mij, blijf maar bij mij en mijn mannen. Eigenlijk is het mijn schuld dat jouw familie is uitgemoord. Als je bij mij blijft zal ik jou beschermen.

 

VLUCHT WEL, MAAR NEEM JE GELOOF MEE.

Wat kunnen wij met zo’n bloederig verhaal. Kunnen wij hier nog iets van leren voor onze tijd? Kunnen wij hier ook nog iets in vinden van het verlossingsplan dat toch centraal moet staan in de hele Bijbelse geschiedenis.

Laten wij eerst kijken naar de partijen die in deze geschiedenis een rol spelen. Saul die geroepen werd als ideale koning over het volk van God. Hij zou hen beschermen en de weg wijzen onder de leiding van de profeet van God. Maar hier zien wij dat deze man die alles van God krijgt zonder verdiensten, de priesters van deze zelfde God uitmoordt. Hiermee maakt hij zichzelf tot een beeld van satan. Ook satan had zijn schoonheid en wijsheid van God gekregen. David, de schoonzoon van Saul, wordt, ondanks dat hij onschuldig is, vervolgd door een wraakzuchtig heerser. Het gevolg van deze onterechte vervolging van David door Saul is dat David een serie prachtige Messiaanse psalmen schrijft waarin de pijn van én David én de Messias wordt bezongen in type en antitype.

 

Maar wij zien hier ook de standvastigheid van de soldaten van Saul. Zij weigeren mee te doen met het uitmoorden van de priesters van God, hoewel de koning het hen gebood. Deze onderdanen van Saul laten met deze keuze zien dat zij de hemelse koning meer eren dan de aardse.

 

En dan de aardse priesters. Zij die door God geroepen waren om door de heiligdomsdienst in de tabernakel Hem over de hele wereld bekend te maken. Zo zien wij hier dat de politieke macht [Saul] en de religieuze macht [Achimelek] hoewel beiden door God geroepen, elkaar naar het leven staan.

 

Hieruit kunnen wij leren dat niet een ambt iemand heilig maakt, maar veeleer de ontwikkeling van ons karakter. Laten wij dan ook nooit opzien naar een mens wat ook zijn functie is binnen of buiten de kerk. Een functie mag dan een mens apart zetten en hem aanzien geven, het is uiteindelijk zijn relatie met én God én zijn medemens die hem acceptabel maakt in de ogen van de hemel.

 

Piet Westein.

 

P.S.

Hoewel wij gelovigen van de eindtijd een door God geroepen koninklijk priesterschap zijn, zijn er onder ons ook heersers die een politieke agenda hebben. Het is voorstelbaar dat ook in onze tijd, ja zelfs in onze kerk dat koningschap en dat priesterschap in conflict komen. Wees gewaarschuwd.                           

 

  SAUL ALS PRIESTERMOORDENAAR.
1 SAMUËL 22:6-23.
Zodra David en zijn mannen in het woud van Cheret zijn aangekomen wordt zijn
aanwezigheid bekend bij zijn stamgenoten de Judeeërs. Het duurt dan ook niet lang voordat
dit bericht bij koning Saul binnenkomt. De reactie van Saul is dat niemand aan zijn kant staat.
Jullie houden allemaal van David, zegt hij. Jullie hebben mij zelfs niet verteld dat mijn eigen
zoon Jonathan een verbond heeft gesloten met mijn vijand, die zoon van Isai.
DE VREEMDELING BINNEN UW POORTEN.
Terwijl Saul onder een schaduwrijke boom zit met zijn speer in zijn hand, staan zijn
raadgevers om hem heen. Op de vraag van Saul waarom niemand van hen zich tegen David
keert zwijgen zij allemaal. David wordt nog steeds door de meesten van hen hoog geacht.
Maar daar is onder de raadsheren van Saul ook een buitenlander, een zekere Doëg, een
Edomiet. Wat die Doëg daar te zoeken had wordt niet helemaal duidelijk. Maar het is via
deze Doëg dat Saul te horen krijgt dat David, toen hij vluchtte voor de waanzin van de
koning, door de priester Achimelek werd geholpen. Het was deze Achimelek die David
voorzag van een zwaard en voedsel. Ook raadpleegde de priester Achimelek God, voor David
en de mannen die bij hem waren. Dit werd gezien door deze Doëg, die daar op dat moment
was. Deze Doëg aarzelt niet om David en zijn mannen te verraden.
HOUD JE VERRE VAN MACHTHEBBERS!
Op het moment dat Saul hoort dat Achimelek zijn vijand geholpen heeft, ontbiedt hij de
priester en zijn hele familie. Als Achimelek voor Saul staat beschuldigt die hem van
hoogverraad en hulp aan zijn vijand. De verdediging van Achimelek is dat hij van deze
vijandschap niets wist en dat hij God regelmatig voor David had geraadpleegd in het
verleden. Niets helpt. Saul zal niet rusten voordat hij Achimelek heeft gedood, en met hem
zijn hele familie.
Het vreemde in dit verhaal is toch wel dat het niet Saul zelf is die de doodstraf voltrekt. Saul
probeert deze gruwelijke wandaad af te schuiven op zijn lijfwacht. Tot zijn verbijstering is er
niet één van al die soldaten om hem heen die deze opdracht wil uitvoeren. Dit is geen
ongevaarlijk besluit van deze gardesoldaten, dit was een halsmisdaad. De beslissing van zijn
onderdanen om de hand niet aan de priesters te slaan laat zien hoe gruwelijk deze misdaad
is.
Maar wacht, daar is toch een vrijwilliger. Het is juist deze Edomiet Doëg die naar voren stapt
en aanbied om het vonnis over de onschuldige priesters van God te voltrekken. Doëg trekt
zijn zwaard en houd niet op met moorden totdat alle priesters die aanwezig zijn dood op de
grond liggen. Hij doodt in opdracht van deze waanzinnige koning vijfentachtig priesters en
Levieten. Maar noch bij Saul noch bij Doëg is de bloeddorst gelest. Doëg trekt naar de
priesterstad Nob en legt die onder de ban. De hele stad moet worden uitgemoord. Mannen,
vrouwen, zuigelingen en vee niets of niemand mag in leven blijven.
 
Er is slechts één zoon van de priester Achimelek die weet te ontkomen. Zijn naam is Abjatar.
Maar waar kun je heen vluchten als de koning je zoekt? Zodra hij zijn gezicht ergens laat zien
zullen zij hem aan Saul uitleveren en hem doden. Het alternatief is vluchten naar de
vluchtelingen die onder David rondtrekken. Als de priester Abjatar David en zijn mannen
uiteindelijk vindt, zegt deze: De mannen die u zoeken, zoeken ook mij, blijf maar bij mij en
mijn mannen. Eigenlijk is het mijn schuld dat jouw familie is uitgemoord. Als je bij mij blijft
zal ik jou beschermen.
VLUCHT WEL, MAAR NEEM JE GELOOF MEE.
Wat kunnen wij met zo’n bloederig verhaal. Kunnen wij hier nog iets van leren voor onze
tijd? Kunnen wij hier ook nog iets in vinden van het verlossingsplan dat toch centraal moet
staan in de hele Bijbelse geschiedenis.
Laten wij eerst kijken naar de partijen die in deze geschiedenis een rol spelen. Saul die
geroepen werd als ideale koning over het volk van God. Hij zou hen beschermen en de weg
wijzen onder de leiding van de profeet van God. Maar hier zien wij dat deze man die alles
van God krijgt zonder verdiensten, de priesters van deze zelfde God uitmoordt. Hiermee
maakt hij zichzelf tot een beeld van satan. Ook satan had zijn schoonheid en wijsheid van
God gekregen. David, de schoonzoon van Saul, wordt, ondanks dat hij onschuldig is, vervolgd
door een wraakzuchtig heerser. Het gevolg van deze onterechte vervolging van David door
Saul is dat David een serie prachtige Messiaanse psalmen schrijft waarin de pijn van én David
én de Messias wordt bezongen in type en antitype.
Maar wij zien hier ook de standvastigheid van de soldaten van Saul. Zij weigeren mee te
doen met het uitmoorden van de priesters van God, hoewel de koning het hen gebood. Deze
onderdanen van Saul laten met deze keuze zien dat zij de hemelse koning meer eren dan de
aardse.
En dan de aardse priesters. Zij die door God geroepen waren om door de heiligdomsdienst in
de tabernakel Hem over de hele wereld bekend te maken. Zo zien wij hier dat de politieke
macht [Saul] en de religieuze macht [Achimelek] hoewel beiden door God geroepen, elkaar
naar het leven staan.
Hieruit kunnen wij leren dat niet een ambt iemand heilig maakt, maar veeleer de
ontwikkeling van ons karakter. Laten wij dan ook nooit opzien naar een mens wat ook zijn
functie is binnen of buiten de kerk. Een functie mag dan een mens apart zetten en hem
aanzien geven, het is uiteindelijk zijn relatie met én God én zijn medemens die hem
acceptabel maakt in de ogen van de hemel.
Piet Westein.
P.S.
Hoewel wij gelovigen van de eindtijd een door God geroepen koninklijk priesterschap zijn,
zijn er onder ons ook heersers die een politieke agenda hebben. Het is voorstelbaar dat ook
in onze tijd, ja zelfs in onze kerk dat koningschap en dat priesterschap in conflict komen.
Wees gewaarschuwd.SAUL ALS PRIESTERMOORDENAAR.
1 SAMUËL 22:6-23.
Zodra David en zijn mannen in het woud van Cheret zijn aangekomen wordt zijn
aanwezigheid bekend bij zijn stamgenoten de Judeeërs. Het duurt dan ook niet lang voordat
dit bericht bij koning Saul binnenkomt. De reactie van Saul is dat niemand aan zijn kant staat.
Jullie houden allemaal van David, zegt hij. Jullie hebben mij zelfs niet verteld dat mijn eigen
zoon Jonathan een verbond heeft gesloten met mijn vijand, die zoon van Isai.
DE VREEMDELING BINNEN UW POORTEN.
Terwijl Saul onder een schaduwrijke boom zit met zijn speer in zijn hand, staan zijn
raadgevers om hem heen. Op de vraag van Saul waarom niemand van hen zich tegen David
keert zwijgen zij allemaal. David wordt nog steeds door de meesten van hen hoog geacht.
Maar daar is onder de raadsheren van Saul ook een buitenlander, een zekere Doëg, een
Edomiet. Wat die Doëg daar te zoeken had wordt niet helemaal duidelijk. Maar het is via
deze Doëg dat Saul te horen krijgt dat David, toen hij vluchtte voor de waanzin van de
koning, door de priester Achimelek werd geholpen. Het was deze Achimelek die David
voorzag van een zwaard en voedsel. Ook raadpleegde de priester Achimelek God, voor David
en de mannen die bij hem waren. Dit werd gezien door deze Doëg, die daar op dat moment
was. Deze Doëg aarzelt niet om David en zijn mannen te verraden.
HOUD JE VERRE VAN MACHTHEBBERS!
Op het moment dat Saul hoort dat Achimelek zijn vijand geholpen heeft, ontbiedt hij de
priester en zijn hele familie. Als Achimelek voor Saul staat beschuldigt die hem van
hoogverraad en hulp aan zijn vijand. De verdediging van Achimelek is dat hij van deze
vijandschap niets wist en dat hij God regelmatig voor David had geraadpleegd in het
verleden. Niets helpt. Saul zal niet rusten voordat hij Achimelek heeft gedood, en met hem
zijn hele familie.
Het vreemde in dit verhaal is toch wel dat het niet Saul zelf is die de doodstraf voltrekt. Saul
probeert deze gruwelijke wandaad af te schuiven op zijn lijfwacht. Tot zijn verbijstering is er
niet één van al die soldaten om hem heen die deze opdracht wil uitvoeren. Dit is geen
ongevaarlijk besluit van deze gardesoldaten, dit was een halsmisdaad. De beslissing van zijn
onderdanen om de hand niet aan de priesters te slaan laat zien hoe gruwelijk deze misdaad
is.
Maar wacht, daar is toch een vrijwilliger. Het is juist deze Edomiet Doëg die naar voren stapt
en aanbied om het vonnis over de onschuldige priesters van God te voltrekken. Doëg trekt
zijn zwaard en houd niet op met moorden totdat alle priesters die aanwezig zijn dood op de
grond liggen. Hij doodt in opdracht van deze waanzinnige koning vijfentachtig priesters en
Levieten. Maar noch bij Saul noch bij Doëg is de bloeddorst gelest. Doëg trekt naar de
priesterstad Nob en legt die onder de ban. De hele stad moet worden uitgemoord. Mannen,
vrouwen, zuigelingen en vee niets of niemand mag in leven blijven.
 
Er is slechts één zoon van de priester Achimelek die weet te ontkomen. Zijn naam is Abjatar.
Maar waar kun je heen vluchten als de koning je zoekt? Zodra hij zijn gezicht ergens laat zien
zullen zij hem aan Saul uitleveren en hem doden. Het alternatief is vluchten naar de
vluchtelingen die onder David rondtrekken. Als de priester Abjatar David en zijn mannen
uiteindelijk vindt, zegt deze: De mannen die u zoeken, zoeken ook mij, blijf maar bij mij en
mijn mannen. Eigenlijk is het mijn schuld dat jouw familie is uitgemoord. Als je bij mij blijft
zal ik jou beschermen.
VLUCHT WEL, MAAR NEEM JE GELOOF MEE.
Wat kunnen wij met zo’n bloederig verhaal. Kunnen wij hier nog iets van leren voor onze
tijd? Kunnen wij hier ook nog iets in vinden van het verlossingsplan dat toch centraal moet
staan in de hele Bijbelse geschiedenis.
Laten wij eerst kijken naar de partijen die in deze geschiedenis een rol spelen. Saul die
geroepen werd als ideale koning over het volk van God. Hij zou hen beschermen en de weg
wijzen onder de leiding van de profeet van God. Maar hier zien wij dat deze man die alles
van God krijgt zonder verdiensten, de priesters van deze zelfde God uitmoordt. Hiermee
maakt hij zichzelf tot een beeld van satan. Ook satan had zijn schoonheid en wijsheid van
God gekregen. David, de schoonzoon van Saul, wordt, ondanks dat hij onschuldig is, vervolgd
door een wraakzuchtig heerser. Het gevolg van deze onterechte vervolging van David door
Saul is dat David een serie prachtige Messiaanse psalmen schrijft waarin de pijn van én David
én de Messias wordt bezongen in type en antitype.
Maar wij zien hier ook de standvastigheid van de soldaten van Saul. Zij weigeren mee te
doen met het uitmoorden van de priesters van God, hoewel de koning het hen gebood. Deze
onderdanen van Saul laten met deze keuze zien dat zij de hemelse koning meer eren dan de
aardse.
En dan de aardse priesters. Zij die door God geroepen waren om door de heiligdomsdienst in
de tabernakel Hem over de hele wereld bekend te maken. Zo zien wij hier dat de politieke
macht [Saul] en de religieuze macht [Achimelek] hoewel beiden door God geroepen, elkaar
naar het leven staan.
Hieruit kunnen wij leren dat niet een ambt iemand heilig maakt, maar veeleer de
ontwikkeling van ons karakter. Laten wij dan ook nooit opzien naar een mens wat ook zijn
functie is binnen of buiten de kerk. Een functie mag dan een mens apart zetten en hem
aanzien geven, het is uiteindelijk zijn relatie met én God én zijn medemens die hem
acceptabel maakt in de ogen van de hemel.
Piet Westein.
P.S.
Hoewel wij gelovigen van de eindtijd een door God geroepen koninklijk priesterschap zijn,
zijn er onder ons ook heersers die een politieke agenda hebben. Het is voorstelbaar dat ook
in onze tijd, ja zelfs in onze kerk dat koningschap en dat priesterschap in conflict komen.
Wees gewaarschuwd.