04 Israël - Wie Abraham zegent, wordt gezegend
In Genesis 12:3 geeft God Abraham een belofte die tot op de dag van vandaag geldt. Het gaat niet om een symbolische gedachte, maar om een concreet woord van God: een land, een nageslacht en een zegen voor alle volken. Deze belofte laat zien hoe trouw God is en hoe belangrijk onze houding tegenover Zijn volk is.
Een belofte die blijft staan
Als we naar Genesis 12:3 kijken, zien we een belofte van God die Abraham wordt toegezegd. Deze woorden zijn niet zomaar symbolisch of vaag bedoeld, maar hebben een duidelijke inhoud en kracht voor toen én voor nu. God zei tegen Abraham:
“Ik zal zegenen wie u zegent, en wie u vervloekt, zal Ik vervloeken. En in u zullen alle geslachten van de aarde gezegend worden.”
(Genesis 12:3)
Wat beloofd wordt, bevat drie belangrijke elementen:
- het land,
- het nageslacht en
- zegen voor alle volken.
Dit zijn geen losse begrippen, maar een samenhangend getuigenis van Gods trouw en plan voor de wereld. Het is een belofte die blijft staan, omdat God Zijn woord niet terugneemt
(vgl. Gen. 15:18; 17:7–8).
Het land en het nageslacht een concrete realiteit
Wanneer God met Abraham spreekt, gaat het over echte zaken. Er is een stuk grond, een land dat Hij aan Abraham en zijn nakomelingen geeft. Er zijn echte mensen, zijn nakomelingen, die deel zullen hebben aan deze belofte. Dit was geen droom of idee, maar een concreet gebaar van God tegenover Abraham en zijn familie.
Abraham geloofde God, en voor God was dat genoeg om Zijn woord werkelijkheid te laten worden. Die belofte blijft geldig zolang de hemel en de aarde blijven bestaan. God spreekt van een nageslacht dat werkelijk zou bestaan en van een land dat hen gegeven zou worden.
Wie Israël zegent, wordt zelf gezegend
In dezelfde woorden zegt God ook: wie Israël zegenen wil, zal zelf gezegend worden. Wie het volk van God veracht, zal onder oordeel komen. Deze gedachte loopt als een rode draad door de Bijbel heen. In het boek Numeri zien we hoe Bileam gedreven wordt om Israël te zegenen in plaats van te vervloeken. In Jesaja spreekt God over een koning die zal komen opstaan en Israël ten goede zal zijn.
De zegen die naar de volken komt, komt via het volk Israël, niet in plaats van. Israël blijft de drager van Gods plan, en de volken worden gezegend door hen, omdat God Zijn woord houdt.
In Christus wordt de belofte vervuld
Wanneer we het Nieuwe Testament openslaan, zien we dat Paulus uitlegt dat de belofte aan Abraham een diepe vervulling vindt in Jezus Christus. In Galaten 3:16 wijst Paulus erop dat de belofte aan Abraham in het zaad (Christus) wordt vervuld. Maar Paulus zegt daarbij niet dat Israël ophoudt te bestaan of dat het verbond voorbij is.
In Romeinen 11 maakt Paulus duidelijk dat Israël nog steeds Gods volk is en dat de beloften onberouwelijk zijn. Gelovigen uit de volken worden ingeënt bij de olijfboom, maar het blijft een olijfboom met levende wortels. De genade voor de volken dient om Gods rijkdom aan Israël te laten zien, en niet om Israël te vervangen.
De houding van de volken tegenover Israël
Sommige mensen zeggen dat Genesis 12:3 alleen maar een geestelijke les is en niets met de praktijk te maken heeft. Maar als we naar de Schrift kijken, zien we dat de houding van de volken tegenover Israël een spiegel is van hun houding tegenover God. Wie Israël rechtvaardig en met respect benadert, ontvangt zegen; wie het negeert of veracht, trekt oordeel over zichzelf.
Dit betekent niet dat de politiek centraal staat, maar wel dat het hart van de mens zichtbaar wordt in hoe hij omgaat met Gods volk en met Gods woord.
De zegen blijft via Israël, niet in plaats van Israël
De belofte aan Abraham heeft twee kanten:
Voor iedereen: alle volken mogen delen in Gods zegen.
Specifiek voor Abraham en zijn nageslacht: zij zijn het kanaal waardoor die zegen naar de wereld stroomt.
Het Nieuwe Testament bevestigt deze lijn: de Messias is Joods, de Tora is Joods, de eerste gelovigen waren Joods, en de kern van Gods heil blijft geworteld in wat God aan Abraham beloofd heeft.
Wie gelooft in Christus en wie Israël met respect benadert, verbindt zich met dezelfde zegenstroom die God eeuwen geleden in gang zette.
Slotgedachte
Er zijn stromingen die het verbond van Genesis 12:3 alleen maar geestelijk noemen, maar de Bijbel zelf spreekt over echte mensen, echt land en echte zegen. De belofte die God aan Abraham gaf, is concreet, blijvend en door God zelf bekrachtigd.
Wie Israël zegent, zegent de bron van Gods reddingsplan. Wie het negeert of minacht, snijdt zichzelf af van een belangrijk deel van wat God in Zijn trouw beloofd heeft.
Greetje Jansen

-edit-20251123121505.png)