Over tradities en uitverkiezing
In deel 1 hebben we gelezen wat Jezus zegt over tradities boven Gods wet te stellen. In deel 2 van deze studie lazen we wat uitverkiezing is in de Bijbel. Gods soevereiniteit en onze keuzevrijheid. God heeft het hoogste gezag; Hij kiest soms mensen uit. Daarnaast roept Hij ons op om te kiezen, omdat Hij niet wil dat iemand verloren gaat (2 Petrus 3:9). De profeten in de Bijbel stonden echt niet allemaal te springen om te doen wat van hen gevraagd werd.
Wat kunnen wij zelf doen?
In dit deel gaan we ontdekken wat wij zelf kunnen doen. Daarmee bedoel ik niet dat je alleen met “goede werken” tot God kunt komen, het is een verandering die een mens zelf moet doormaken. Wij mogen zelf kiezen of we tot Jezus willen gaan of niet.
Waarschuwing tegen het toelaten van zonde
We moeten zorgen dat we de zonde niet toelaten.
Genesis 4:7 zegt: "… maar als u het goede niet doet, ligt de zonde aan de deur. Naar u gaat zijn begeerte uit, maar ú moet over hem heersen."
Kaïn liet de zonde toe. Als hij met God praat, zegt Kaïn: "Mijn misdaad is te groot om gedragen te worden" of het kan ook zijn: "Mijn straf is te zwaar om te dragen". Kaïn laat hier zien dat hij geen spijt heeft van zijn daden en zelfs zelfmedelijden heeft. In vers 14 geeft hij aan bang te zijn om gedood te worden. Toch beschermt God hem, wat getuigt van Zijn liefde en geduld.
Had Kaïn het gewild, dan had hij kunnen terugkeren en spijt tonen. Onze zonden zijn nooit te groot; er is altijd een weg terug.
Elke dag opnieuw kiezen
Zonde brengt een kloof tussen ons en God. Natuurlijk zondigen we allemaal, hoe hard we ons ook inspannen. Wel hebben we elke dag de keuze om terug te gaan naar God. Door te bidden en de Bijbel te lezen, blijven we verbonden met Hem. Elke dag opnieuw moeten we kiezen voor Jezus. Mijn ervaring is dat ik het niet altijd gemakkelijk vind. Gelukkig kunnen we elke dag weer vertrouwen op God. Zijn genade is genoeg voor ons, zijn kracht helpt ons in onze zwakheid (2 Korintiërs 12:9).
Er zijn zaken in de wereld die je in de weg kunnen staan om naar God te gaan. Je kunt de zonde toelaten zoals Kaïn deed, misschien besef je het niet eens. Blijf bidden en vraag God om verlossing, zodat je dichtbij kunt komen. Weet dat satan hard werkt om mensen bij God weg te houden. Hij wil niet dat wij ons met Jezus bezig houden. Satan en zijn leger kennen de tijd; ze weten dat die kort is, dus hij gaat rond als een briesende leeuw, zoekende wie hij verslinden kan (1 Petrus 5:8).
Je mag je geboren weten bij Jezus; Hij zorgt voor ons. Als we Zijn Woord tot ons nemen en blijven bidden (1 Thessalonicenzen 5:17), groeien we in geloof.
Hoop en vertrouwen
Jeremia 17:7-8 beschrijft het zo: "Gezegend is de man die op de HEER vertrouwt, en van wie de HEER de hoop is; want hij zal zijn als een boom, geplant aan water, die zijn wortels uitsteekt naar de beek, en het niet merkt als de hitte komt; zijn loof blijft groen, en in het jaar van droogte maakt hij zich geen zorgen, maar brengt vrucht."
Hitte en droogte, de stormen van het leven, kan deze boom aan.
Wat een belofte!
Aan het werk
Dat betekent niet dat we maar achter de geraniums moeten gaan zitten, af en toe de Bijbel lezen en zeker het gebed niet mogen vergeten. Verdergaan met ons leven is ook een opdracht. God vraagt van ons een actief geloofsleven, dat we ook delen.
Geloven en goede werken horen bij elkaar. De Bijbel leert dat als we doen wat God van ons vraagt, dit zichtbaar wordt in ons doen en laten. We moeten er niet mee pronken: "Maar als u aalmoes doet, zo laat uw linkerhand niet weten, wat uw rechter doet" (Mattheüs 6:3). God ziet het, en Hij ziet ook ons hart aan. Hij weet of we het oprecht doen of dat we willen laten zien dat we “zo goed zijn”.
Verantwoordelijkheid nemen
We moeten onze verantwoordelijkheid nemen. Galaten 6:5 zegt: "Want een iegelijk zal zijn eigen pak dragen.", wat betekent dat iedereen rekenschap moet geven voor zijn eigen keuzes en daden. Laten we trouw zijn aan God.
"Laat zo uw licht schijnen voor de mensen, opdat zij uw goede werken zien en uw Vader, die in de hemelen is, verheerlijken." (Mattheüs 5:16).
Gods belofte aan ons
Er is altijd vergeving als we tot God gaan. Jezus zegt: "… niet tot zevenmaal toe, maar tot zeventig maal zevenmaal" (Mattheüs 18:21-22). Zijn vergeving is groot, gaat ver, heel ver, maar is niet oneindig. Denk aan het verhaal van de Farao van Egypte.
Echte liefde dwingt niet
Deze genade nodigt uit tot een leven van actief Jezus volgen, doen wat God vraagt. In de Bijbel lezen we dat liefde niet dwingt (Hooglied 8:4), en ook Jezus klopt aan de deur van ons hart (Openbaring 3:20). De uitnodiging is om open te doen, dicht bij Hem te leven en te groeien in het geloof.
Jezus geeft ons hoop en herstel.
"De Geest des HEEREN HEEREN is op Mij, omdat de HEERE Mij gezalfd heeft; Hij heeft Mij gezonden om aan armen het verheugende nieuws te brengen, om gebrokenen van hart te genezen, vrijheid uit te roepen voor gevangenen, het oogsten terug te geven aan treurenden, om hen een krans van schoonheid te geven in plaats van as, vreugdeolie in plaats van rouw, lofzang in plaats van geest van treurigheid; dat zij genoemd worden bomen van gerechtigheid, geplant door de HEERE tot heerlijkheid." (Jesaja 61:1-3)
Gods uitnodiging tot keuze
In deze studie zijn we ingegaan op wat de Bijbel zegt over uitverkiezing. Het calvinistische beeld van een soevereine God die van tevoren bepaalt wie behouden wordt, kan zwaar en ontmoedigend overkomen. Jezus spreekt zo niet tot ons. Hij roept op om het zware juk af te leggen en tot Hem te gaan. Of je nu uitverkoren bent of niet, God roept ons. Het is aan ons om te kiezen. In de Bijbel staat dat oprechte liefde niet dwingt (Hooglied 8:4), dat je moet wachten tot de liefde komt. Zo wacht Jezus op ons, tot wij tot Hem komen.
"Zie, Ik sta aan de deur en Ik klop. Indien iemand naar mijn stem hoort en de deur opent, Ik zal bij hem binnenkomen en maaltijd met hem houden en hij met Mij." (Openbaring 3:20).
Greetje Jansen
